2018-29 Nitarudi .. ! – ik zal terugkeren…!

12 oktober 2018 - Mwanza, Tanzania

Allan loopt vanaf de OK met ons mee naar buiten, met mijn handtas aan zijn arm. Hij geeft hem niet af. Bij de gedenksteen voor Jiska’s vader staan we even stil. Bijzonder hoe de familie Kamstra-Staal verweven is met deze plek. Door de regen van gisteren zijn de bloemetjes bij de steen gaan bloeien.

Als we verder lopen leert Allan me een nieuw Swahili woord: “nitakumbuka” . “That means I will remember you“. Dat had hij nou niet moeten zeggen. Mijn ogen lopen vol. Ik probeer mijn tranen weg te slikken en stap stevig door, de poort door en de hoofdingang uit. Tegen de zon inkijken en diep zuchten. Zo gaat het weer. We keuvelen verder over de vogels die bij de ingang van het ziekenhuis in de boom wonen. Volgens ons familie van de ooievaar, en het zijn er zoveel omdat er in het ziekenhuis zoveel geboortes zijn. Allan zoekt naar het Engelse woord, stork, en vindt meteen een tekening van een ooievaar met een baby in de luier aan zijn bek. Hij vindt het prachtig. Ondertussen zijn we Erik en Jiska en zuster Marie Jose kwijt, die waren al niet meer bij het afscheid op OK. En Steven trouwens ook niet. 

Charissa was nog even een data-kaartje voor de telefoon scoren. Als ze zich bij ons voegt besluiten we terug te lopen naar het huis. Erik en Jiska lopen plots achter ons. Ze hebben met Marie Jose en Steven in het kantoor gezeten om de missie te evalueren en plannen voor de volgende te maken. Nuttig bestede tijd dus. Marie Jose is in geen velden of wegen meer te bekennen. Ook geen ster in afscheid nemen. Ik zal haar wel mailen. 

Bij het huis zoenen de rondte. Tranen vloeien bij Cecilia als ze afscheid neemt van Jiska en haar op het hart drukt de jongens de groeten te doen. Rian krijgt het rustig dit weekend. Geen groepsontbijt en –diner en niet meer zo lekker kunnen sparren over lastige casuistiek. En geen mooie verhalen over Sengerema meer. “Ik heb in de afgelopen 2 weken meer over de geschiedenis van het ziekenhuis geleerd dan in het halve jaar daarvoor..!” riep ze van de week nog. Ook Prado zal moeten afkikken, zonder al die aaien over zijn kop. Ze waren een mooie en waardevolle aanvulling op het Slingeland-team.

Allan staat, nog steeds met mijn handtas aan zijn arm, bij de auto. Ik bedank hem hartelijk voor zijn hulp als tolk. Volgend jaar zal hij er niet zijn omdat hij dan co-schappen loopt in Dar Es Salaam. Maar hij wil na zijn afstuderen terug komen om in Sengerema te werken, dus we vertrouwen op een weerzien. 

Stapelen met 4 kontjes op de achterbank en weg zijn we. Of niet helemaal, eerst nog een groepsfoto bij de poort. Zuchtend zet Erik de auto stil. Ook dat nog. De wachtvrouw heeft het hek al voor ons geopend, maar als we de auto parkeren doet ze hem weer dicht. Gillian vraagt haar een foto te maken. Maar dat mag niet, want ze is aan het werk. Gelukkig loopt er net een groep zusters naar buiten die ons terwille zijn. En dan is het echt gedaan. We rijden het ziekenhuisterrein af en na een stukje asvaltweg de onverharde weg op richting de boot. Op weg naar huis. Ik geniet in stilte van het straatbeeld. De volgeladen fietsen, de pikipiki’s, de kuddes met koeien en de kinderen die ze hoeden, honden en een overstekende kip die bijna onder het voorwiel beland. Wat een bijzonder land is het toch. 

Enthousiast zwaaien kinderen naar de wagen vol mzungu’s (blanken) en ik zwaai terug. 

De pont is halverwege het Victoriameer, dus we moeten wachten. Naast de auto, want dat hoort zo. Achter ons vliegen wevertjes af en aan met lange grassprieten om hun nestjes te bouwen. Ik slenter naar de boom vol bolletjes en kijk naar de kwetterende en fladderende beestjes. Even een momentje voor mezelf. 
Op de boot blijven we bij de auto en ik nestel me met de meiden op de motorkap. Aan de waterkant zit een man heel handig vis schoon te maken. Ik knip foto’s. Als hij het ziet houdt hij trots de schoongemaakte vis omhoog. Ik steek mijn duim op. Een mooi staaltje non-verbale communicatie. 
Als de boot de haven van Mwanza binnenloopt gaat net de zon onder. Het geeft een prachtig licht op Bismarcs rots, de balancerende steen in de haven en boegbeeld van Mwanza. Toch nog maar weer een keer een foto van die steen. Die had ik gelukkig nog niet…

In Ryans Bay worden we begroet door Hjalmar. Die was vanmiddag aangekomen en had een schoonheidsslaapje gedaan. De kamersleutels worden verdeeld en Charissa en ik lopen naar onze kamer terwijl Gillian met Hjalmar meeloopt. “Overloper” roep ik haar achterna. 

Het is al laat dus we hebben geen tijd voor uitgebreide douche-sessies. Charissa moet bovendien haar koffer ompakken. Ik zal haar grote koffer meenemen zodat ze met makkelijke bagage de bus in kan. Ze gaat nog naar Tom, een tropencollega en ex-Sengerema-ganger, zo’n 8 uur in de bus verderop. Om half 8 lopen we naar onze stamtafel op de veranda. In soepel Swahili bestel ik een grote fles koud water, 7 glazen en een flesje bier voor Charissa en mij. Geen hoogstaande teksten natuurlijk, maar ik doe mijn best. Met z’n zevenen genieten we van de laatste butter chicken en andere lekkere gerechten. Hjalmar mengt zonder enige moeite in de groep. Alsof hij er al die tijd al bij was. Gillian klaagt over haar darmen. “Ideaal, je stuurt een nijlpaard weg en je krijgt er een giraffe voor terug” is zijn commentaar. We komen niet meer bij!

De postprandiale dip (inkakken na het eten) komt hard aan. Maar Paco is fit en hij stemt voor een wandeling naar Tilapia. De wandeling gaat prima, lekker even een frisse neus. Maar als we daar op de krukken hangen komt de man met de hamer in al zijn hevigheid binnen. Ik weet van ellende niet hoe ik op die kruk moet hangen en loop naar het toilet. Koud water op de polsen om een beetje op te frissen helpt maar even. Ik zucht tegen Charissa: “nog even en ik val hier op de kruk in slaap”. -“Ik ook..!” is haar antwoord. We werpen een smekende blik naar Erik, die ook kleine oogjes heeft maar nog in gesprek is met de eigenaar van het hotel/restaurant. Hier is iedereen je vriend en dat moet je vooral ook zo houden. Je weet nooit wanneer je elkaar nodig hebt. Maar hij begrijpt de hint en we reken af en lopen terug. 

Nog even onder de lekkere douche door (haren wassen doe ik thuis wel) en om half 12 liggen we erin. Nooit geweten dat een kussen zo’n geluksgevoel kon geven…

4 Reacties

  1. Jolanda Reuling:
    13 oktober 2018
    Lieve Susan, dankjewel voor al je mooie schrijven, met veel liefde voor je vak en Afrika geschreven.
    Ik wens je een goede vlucht en een liefdevol weerzien met Ed en jullie jongens, back to dutch life......
    Liefs Jolanda😘
  2. Edwin:
    13 oktober 2018
    Missie geslaagd. Gill raakt nog steeds niet uitgepraat tegen hjalmar😅😅😅. De verhalen blijven komen zei ze. Voorlopig je laaste overzeese blog. Suus kennende komt er altijd nog eeeeeénnnnnn aan. Mag ik het kannetje gieten? Goede vlucht schat. Nog 30 minuutjes en dan nog 2 en half uur wachten bij de gate alvorens het vliegtuig in te gaan. Nu maar hopen dat hello goodbye er niet staat op schiphol🤪🤪🤪🤪.
  3. Jacqueline:
    13 oktober 2018
    Prachtige verhalen, ik heb er weer van genoten, dank je wel👍
  4. Asveld Tonnie:
    13 oktober 2018
    Lieve Susan
    Je verhalen waren weer ontzettend boeiend,wat heb je toch een prachtig beroep ik kon je schrijven bijna niet bijhouden maar s’avonds laat moest ik toch weer even je verhaal lezen Martien naar bed dus kan ik me helemaal concentreren.ik wens je een safari njema en een fijn weerzien met ED en de kinderen.