12 Een bizarre week.

13 maart 2014 - Doetinchem, Nederland

Maandagavond zouden we met een paar leden van “team Sengerema” de verzamelde spullen op onze werkkamer inpakken. Helaas stond Erik te opereren en was ik ontboden op een regionaal spoedoverleg over de toekomst van de vaatchirugie. Anne en Bert stonden er alleen voor. Toen ik rond een uur of acht eindelijk binnen kwam, waren ze net aan het afronden. De koffers gingen de lift in en de lege verpakkingen gingen in de papierbak. Ongelofelijk hoeveel zinloos verpakkingsmateriaal om onze spullen heen hangt.

Dinsdagmiddag had ik vrij wegens onverwachte weekenddienst het weekend ervoor. Niet een fijne middag, aangezien onze hond Roxy ’s middags een spuitje zou krijgen. Ze was de laatste weken hard achteruit gegaan en had lymfeklierkanker. Dinsdagochtend kon ze niet eens meer lopen en moest ik haar naar buiten dragen. Halverwege de ochtend belde Ed dat het echt niet meer ging. De dierenarts zou er om 12.30h al zijn. Zo snel mogelijk naar huis. Bizar hoeveel mensen dan ineens hun hond net uitlaten als ik erlangs fiets. Nadat de dierenarts, met de overleden Roxy in de achterklep, was vertrokken, gingen de jongens de deur uit. Tom naar het park, Bert naar een vriend zonder hond. Ed deed boodschappen en ik bleef achter met de administratie.

’s Avonds was Ed darten, dus doken de jongens en ik vroeg in bed. Bert moest nog wel een woordenlijst Engels leren, dus overhoorde ik hem. Af en toe antwoordde Tom van onder de lakens.

Woensdag vliegt voorbij. Poli, opereren, vergaderen, snel naar huis. Ed had heerlijke wraps gemaakt, die we in een kwartier naar binnen moeste proppen omdat ik te laat thuis was. Om 19h begon namelijk “Lang en Gelukkig van het Rotheater in het Amphion. Gelukkig waren we daar wel op tijd. De voorstelling was hilarisch en ook de kinderen hadden het goed naar hun zin. Een avond ontspannen lachen, daar waren we aan toe. Tijdens het slotapplaus overviel me een gevoel van melancholie. Gisteren zo verdrietig, nu zo vrolijk en gelukkig en vrijdag laat ik ze voor 2 weken achter. Doe ik er wel goed aan?

Donderdag was drama. De ochtend stond in het teken van “even afronden”. De middagpoli stond vol, en mijn “hulp” assistent moest een andere poli overnemen. Bovendien was er bedacht dat er midden onder de poli rookmelders aangesloten moesten worden. In het toch al smalle gangetje tussen de polikamers werd een trap opgesteld. Daar was ik niet van gediend. Mijn vaatpatiënten zijn i.h.a. oud en niet goed ter been. Rollators, rolstoelen, krukken en protheses zijn aan de orde van de dag. Dat gaat niet samen met een trapje. De heren van de installatie konden dat niet begrijpen. Discussie met nummer 1 (als ik het nu niet mag aansluiten komt de brandweer het pand ontruimen”), vervolgens met nummer 1 en 2, toen met “de baas”.  Als ik bij een patiënt binnen zat konden ze het wel even doen. Zo’n 20 minuten. Mijn gemiddelde tijd per patiënt is 7 minuten! Gaat niet werken…. Na 17h was geen optie, ze waren tenslotte al om 06.00h begonnen. Kon ik ook niet van wakker liggen. Met enige moeite werd een compromis gesloten. In het laatste deel uur van het spreekuur stonden geen patiënten met rolstoel etc gepland, zag Anita. Dan konden ze aan de slag Gelukkig kan het ziekenhuis open blijven…’s Avonds duurde het afronden van mijn werkzaamheden langer dan verwacht. Nog veel telefoontjes, röntgenaanvragen en brieven dicteren. En natuurlijk nog een spoedingreep terwijl ik geen dienst had. Half 9 ’s avonds mocht ik naar huis en was ik eindelijk vrij. Te moe om nog iets zinnigs te doen plofte ik naast Ed op de bank en genoot van een glaasje heerlijke wijn. Inpakken komt morgen wel…