15 Daar zijn we weer...!

7 maart 2015 - Mwanza, Tanzania

Het was een kort nachtje. Voor ik het wist stond het ontbijt alweer voor m’n neus. Door het raam was de zonsopgang boven Afrika te zien. Prachtige kleuren.

Op Kenia Airport stapten we uit in de buitenlucht. Lekker warm, en ik had nog een vest en een jas aan. Omdat we wat vertraging hadden, hadden we maar weinig overstaptijd, dus in looppas door de gangen. Alsof het nog niet warm genoeg was. Natuurlijk ook hier weer een bagage-controle. Heerlijk traag als je haast hebt! Met een busje toerden we over het vliegveld naar het vliegtuig. Naast me zat een Keniaanse vrouw met een baby in de draagzak. Met grote ogen zat hij me aan te kijken. Ik reageerde, en kreeg een brede grijns. “Mtoto mzuri”, zei ik. Vrij vertaald “lief kind”. Moeder glimlachte. Het jongetje vond het stofje van m’n blouse erg interessant. Met z’n handje wriemelde hij eraan tot we bij het vliegtuig waren. Even speelde ik met de gedachten om hem Sniffie, Toms knuffel te laten zien. Misschien zou hij hem dan niet meer terug willen geven. Toch maar niet …

In het vliegtuigje van Precision Air oefenden Matthea en ik ons Swahili. De man voor ons keek geamuseerd om en gooide nog wat woorden in de groep. Hij vroeg wie we waren en wat we gingen doen. Erik legde het uit. Een paar rijen voor ons draaide een andere man zich om: “Die stem ken ik” zei hij. Het bleek Farid, de broer van onze oud-tropenarts Jamilah. Vorig jaar hadden we bij zijn vader thuis gegeten. Een bijzonder toeval.

We vlogen langs de Kilimanjaro, die fraai uitstak boven het wolkendek. Zo mooi had ik hem nog niet eerder gezien. In Arusha maakten we een tussenstop. Vorige keer was het hier mis gegaan met de koffers, maar nu hielden we hetzelfde vliegtuig, dus dat gaf hoop. We moesten er wel uit, want de tank werd bijgevuld. Het werd een rondje vliegveld, want tegen de tijd dat we in de transit-lounge waren konden we alweer aan boord voor het laatste stukje. Over de Serengeti naar Mwanza. Hèhè, we waren er.

Eerst een gezondheidscheck. “Heeft u in de afgelopen 3 maanden een zieke verzorgd…?”. Hmm, een beetje creatief interpreteren kan geen kwaad. Tenslotte heb ik net een negatieve MRSA-kweek achter de rug, dus het zal wel meevallen met wat ik mee neem naar hier. Als tweede volgde het visum. Weer een velletje vol informatie invullen en in de rij. Bij de balie, nog net zo Afrikaans als vorig jaar, was het dringen geblazen. Mijn vingerafdrukken pakten niet, dus ik moest het wel 4x over doen. Hjalmar, die na mij kwam, lukte het in 1 keer en hij slaakte een triomfantelijke kreet naar mij. De man achter de balie zag er de humor wel van in.

Het paspoort verdween achter de balie naar een groep van 3 mannen die zaten te stempelen. Het kostte wel een kwartier om 2 stempels te zetten, maar uiteindelijk kwam m’n pas dan toch weer uit het hok. De man van de vingerafdrukken riep “Margaretha…?” (mijn 1e voornaam). Ik liep naar hem toe. “how long are you staying?” vroeg hij. Ik dacht dat het een zoveelste check was en antwoordde braaf 2 weken. “No, no, no”, zei hij, “that’s too short. You should add at least 3 more weeks!” Ik lachte en Erik riep: “vraag of hij dan even Jiska en Ed belt!”

Ondertussen waren we al een krap uurtje binnen. De koffers stonden in de zijruimte. Ik had er 9 herkend, maar miste de rugzak van Matthea. Naar mate er meer mensen vertrokken, werd het pijnlijk duidelijk: de rugzak was niet meegekomen. Matthea moest nog langs het visum-hokje. Ondertussen meldde Erik bij het kantoor de vermiste koffer aan. Morgen weer langskomen om te kijken of hij erbij zit.

Buiten stond de auto van Eriks zwager Jesse, die in Uganda werkt, voor ons klaar voor de komende 2 weken. De koffers pasten maar net. Erik reed ons door Mwanza. Een feest der herkenning, wat heerlijk om hier weer te zijn.

Hjalmar, als enige voor het eerst in Tanzania, keek z’n ogen uit. Honderd jerrycans vastgebonden op een fiets, manden met van alles bij mensen op het hoofd, kleurrijke gewaden, door elkaar crossend en toeterend links rijdend verkeer. “Hoe is het, Kuifje in Afrika…?”, grapte Erik. “Helemaal fantastisch, ik kijk m’n ogen uit!”

We stopten bij de vodafone winkel om telefoonkaartjes te halen om goedkoop te kunnen bellen en internetten. De “jeugd paste op de auto vol bagage die verkeerd geparkeerd stond, terwijl de “oude hap” naar binnen ging.  De winkel puilde uit! Rondom aan de wand waren meerdere balies en bureau’s waarachter medewerkers achter computers van alles zaten te regelen. Een dame zag ons binnen komen en wenkte. Erik legde uit wat hij wilde. 3 kaartjes met onbeperkt internet en bellen. Totaal 78000 shilling. Schrikken? Welnee, da’s nog geen € 39,- De kaartjes werden gepakt. “Dat gaat vlot”, dacht ik nog. “identiteitsbewijs?”. De mijne lag nog in de auto, dus snel terug. Het ging nog goed met de jeugd. Ze zaten samen voorin de bevolking te bewonderen.

Weer terug binnen was de dame druk met kaartjes activeren. Nokia open, batterij eruit, kaartje erin, Nokia dicht, aanzetten en dan de activatieprocedure. Volgende kaartje…

Toen dat klaar was, moesten we met paspoort en telefoon naar de balie tegenover haar. Nu werden we geregistreerd. Kaartje in telefoon, foto van paspoort, foto van eigenaar, nog wat intypen. En dat op Afrikaans tempo. Tenslotte weer terug naar mevrouw 1 voor definitief activeren. Toch niet zo vlot…

Erik was als eerste klaar en ging vast naar de auto. Dat was maar goed ook, want er was paniek! Terwijl ze rustig in de auto zaten, stond er ineens iemand aan het wiel te rommelen. Parkeerbeheer Mwanza zette een wielklem om de Jeep. Matthea sprong uit de auto en probeerde in haar beste Swahili de man op andere gedachten te brengen. Voor 50.000 shilling (€25,-) zou hij hem er af halen. Maar ze hadden nog geen Tanzaniaanse shilling gepind, dus dat ging niet. De reddende engel Erik kwam er gelukkig aan, en ook Steven kwam net op dat moment langs rijden. Hij was een bekende van Erik en had de auto voor ons op het vliegveld bezorgd. Hij wist te melden dat parkeerbeheer maar tot 13.00h mocht werken en het was half 2. Ze hadden waarschijnlijk gedacht nog even een extra zakcentje te scoren bij de Mzunguu’s (blanken). Helaas ging die vlieger niet op.

Ondertussen waren ook Nicole en ik geactiveerd en konden we naar Ryan’s Bay. Toen we het terrein op reden, voelde het bijna als thuis!

Foto’s

1 Reactie

  1. Trees Snijder:
    8 maart 2015
    Schitterend zo herkenbaar
    werk en geniet ze