2017-22 Eindelijk ons glaasje whisky

1 oktober 2017 - Doetinchem, Nederland

Eenmaal bij het huis nestelden we ons op de veranda, waar het iets koeler was dan in huis. Masoso kwam aanlopen en dronk een kop koffie mee. Een stroopwafel weigerde hij beleefd i.v.m. zijn suikerziekte. Maar een klein stukje proeven mocht natuurlijk wel. We werden uitgenodigd om met de hele groep bij hem te komen eten. Altijd leuk, en dan heb ik niet voor niets de jurk meegenomen die ik van hem gekregen heb.

Maar vanavond moest er nog worden gekookt. Jesse en Erik gingen met Annelieke en Jiske boodschappen doen terwijl Heleen en ik de zoete aardappels schilden voor een soort ovenfriet. De aardappels verschoten direct naar een vieze groene kleur zodra we ze schilden. Hmm, bijzonder. Dan maar direct onder water. Dat leek beter te gaan.

Toen we klaar waren was de rest nog in geen velden of wegen te bekennen, dus wandelden we samen naar de IC om te kijken hoe het met Ibrahim ging. Hij lag nog stilletjes in bed, en had nog niet gepoept. Wel wat gedronken maar niet gegeten. Zijn buik was bol maar niet gespannen en zijn darmen rommelden. We instrueerden de zuster hem wat meer overeind te laten zitten en eten en drinken voorzichtig te stimuleren. Morgen opnieuw kijken.

Ondertussen was de pastoor binnen gekomen. Hij vroeg waar Erik was. Naar de winkels en de markt, antwoordde ik. Hij praatte vlot verder in het Swahili over ene zuster Monique. Ik had geen idee waar het over ging en adviseerde hem morgen Erik even aan te schieten.

Vervolgens nodigde hij ons uit in zijn kantoor. De klerk die er zat werd uit zijn stoel gebonjourd en Heleen en ik moesten gaan zitten. We kregen een boek in onze handen gedrukt waar we onze namen in moesten zetten. En hij begon een heel verhaal. Oei, hoe kwamen we hier uit… Hij kwam weer uit op Erik, dus liet ik hem de sleutel in mijn hand zien en zei dat Erik voor een gesloten deur zou staan als ik niet naar huis ging. Gelukkig, we konden met goed fatsoen vertrekken. Een opgeluchte zucht van Heleen, die zich echt nog niet fit voelde.

Thuis spoelde ik de aardappels en kookte ze kort waarna we ze met wat olie in de oven legden. Toen ze eruit kwamen hadden ze nog steeds een vaag kleurtje. Resoluut mikte Jiske de hele bak in de afvalzak. Geen behoefte aan nog meer zieken.

Erik was met Hilde, die intussen ook terug was uit Mwanza, naar het ziekenhuis gelopen. Ida was opgenomen voor een bloedtransfusie en aanpassing van haar pijnstillers. Door de transfusie was ze wel weer wat opgeknapt. Hilde zou zich over de pijnpleisters buigen die we intussen in Sengerema hadden verzameld.  

De spaghetti die Annelieke en Jiske hadden gemaakt smaakte prima en was meer dan genoeg voor 6 personen. Jesse sliep vannacht bij Erik in Sengerema zodat hij morgen meteen door kon naar Kampala, een rit van nog zo’n 10 uur over geasfalteerde wegen.

Zuster Marie Jose kwam onder het eten binnen en besprak wat patiënten en deelde haar financiële zorgen. En ze had nog een schildklier-patiënt voor me. Ik zal haar morgen zien. Na de koffie trokken Erik en ik eindelijk onze langverwachte whiskyfles open en Jesse ontdekte dat er Amarula in huis was. De meiden hadden nog wat slaaptekort in te halen en lagen er heel vroeg in, maar ook de ouwetjes maakten het niet laat. Je weet nooit wat morgen weer brengt. Het programma staat in ieder geval op twee kamers vol.

1 Reactie

  1. Pa Lemson:
    2 oktober 2017
    Je zal vandaag je borst wel nat moeten maken na 2dagen rust.
    Ik heb weer flink genoten van je blog . Hoe is het met Ibrahin ?
    Succes en groetjes , Pa Lemson