21. Mijn persoonlijke project

18 maart 2014 - Sengerama, Tanzania

Goed geslapen, en weer gewekt door de klokken. Gisteren even met m’n mannen geskyped. En meteen blogs op het web gezet zodat jullie een beetje bij blijven. De dagen zijn weer heel vol, en het internet heel traag. Dus het valt niet mee om dat allemaal voor elkaar te krijgen. Maar we doen ons best. Vanmorgen had Nelia eieren gebakken. Lekker! Om een uur of 8 gingen we richting het ziekenhuis. Eerst naar de OK om te laten zien dat we er waren, zodat ze konden opstarten. Anne ging met Jantine naaar de kraamafdeling, Bert en ik gingen langs onze patiënten. Visite lopen is hier een soort speurtocht voor gevorderden. We weten (meestal) op welke afdeling de patiënten liggen. Maar ik heb de patiënten één keer gezien op de operatiekamer. En het klinkt misschien lullig, maar ze lijken vaak toch wel erg op elkaar. Dus het nou niet direct het feest der herkenning op de afdeling. Eerst gaan we op zoek naar het kantoor waar alle dossiers liggen. Gelukkig is elke afdeling anders ingedeeld, dus dat houdt het spannend. Vervolgens moet je uit een stapel dossiers het dossier van je patiënten zoeken. De namen zijn met de hand op de dossiers geschreven, en ze heten natuurlijk geen Jan Jansen. Vervolgens moet je uitvogelen wáár ze op de afdeling liggen. De zaal is ingedeeld in “cubics”, groepen van 8 bedden gescheiden van de volgende cubic door halve muurtjes. Op de muur staan de bednummers. Dat staat dan weer ergens op het dossier, maar ik heb nog niet ontdekt waar. Vervolgens staan Bert en ik naast de patiënt wat te hakkelen in Swahili, ondanks Berts cursus Swahili en mijn verwoede pogingen tot een hiertoe. Bert had een handig “medical phrase book” op het kantoor van zuster Marie José zien liggen. Het bleek de mijne, die ik aan Dick had meegegeven voor dr Anne Morrison. Die was inmiddels vertrokken, dus is hij nu handig voor ons. Met het boek in de hand ging het welliswaar een stuk beter met vragen, maar dan geeft de patiënt antwoord. En dat staat natuurlijk niet in het boek. We zijn blij wanneer we iemand kunnen vinden die kan vertalen. Ondertussen was het 9.15h, tijd voor OK. In de gang kwam ik een fraai tafereeltje tegen. Medewerkers van het ziekenhuis waren bezig met een skelet door de gang te vervoeren voor onderwijs in de bibiliotheek. Ze hadden er een zak overheen gedaan , maar de voeten en onderbenen staken er onderuit. Ik vroeg of ik een foto mocht maken. Meteen werd de zak er af gehaald. Tot groot vermaak van de mensen verderop in de gang. Op de OK ging om 10.15 het mes in de eerste patiënt. Bert hielp een 20-jarige jongen van z’n stoma af, die was aangelegd wegens buiktyfus. Dat komt hier regelmatig voor. Na de operatie begon ik aan mijn persoonlijke project: de benen van Mama Safi. Erik had me al bij haar aangekondigd, dus ging ik met Natas, gewapend met een tas vol zwachtelmateriaal, naar haar toe. Ze spreekt maar een paar woorden Engels, en ik ongeveer evenveel Swahili. Maar samen konden we een prima gesprek voeren. Ik legde uit dat ik vanaf nu elke dag haar benen kwam zwachtelen en dan hopelijk na 2 weken kousen kon geven. Ik maakte duidelijk dat Niek mij gevraagd had voor haar benen te zorgen. “ah, ninapenda Niekie" (ik hou van Niekie) zei ze. Ze vond het een goed plan. De jurk ging omhoog. Er onthulde zich een ware uitdaging. Haar enkel was zo dik als mijn knie, de bovenbenen waren per stuk zo dik als mijn onderbenen samen. Haar linker been had een duidelijk geïrriteerde huid, een voorstadium van een open been. Het kostte moeite om het been op een krukje te leggen. Zuchtend en steunend tilde ze hem op. Natas ondersteunde terwijl ik zwachtelde. De onderkous pastte nauwelijks. Met dank aan Hedwig en de dame van de schoonmaak die haar been voor instructie had geleend afgelopen donderdag, legde ik soepel de dubbele korte-rek zwachtel aan. Ze was er blij mee. Erik had gezegd dat ze bang was dat ik alleen maar over haar gewicht zou zeuren. Het leek me beter om haalbare doelen te stellen. We maakten nog een mooie foto en liepen terug naar OK. “Tutaonana Kesho”(tot morgen).

Foto’s