31 Onderwijs en opereren

17 maart 2015 - Sengerema, Tanzania

Een kort nachtje. Ik had zr Marie-José beloofd om onderwijs over wondzorg te geven. Gelukkig had Matthea mijn presentaties uit Nederland op haar laptop, omdat ze pas zelf onderwijs aan de arts-assistenten hierover had gegeven. Met een beetje creatief aanpassen kon ik er wel wat van maken voor hier.  Gisteren was dat nog niet helemaal klaar, dus op tijd op voor de laatste puntjes op de i. Het onderwijs was direct na de overdracht, dus moest ik er half 8 zijn, toen de rest ging ontbijten. Ik pakte een geroosterde boterham en banaan en liep naar buiten. Nelia vroeg me verbaasd wat ik ging doen. “Kazi,” antwoordde ik. Werk. “Pole”, was haar logische antwoord.
Het hek bij de technische dienst was open, dat scheelde een heel stuk omlopen, dus ik was ruim op tijd. De co-assistenten uit Nederland zaten er ook al, en langzaam druppelden de AMO’s binnen. De overdracht was als altijd een hele zit. Ik spitste m’n oren toen onze mevrouw van vannacht werd overgedragen. Ze was stabiel en begon te plassen. Mooi. En bij de IC-overdracht deed ons meisje met tyfus het ook redelijk.

Daarna was ik aan de beurt. Gelukkig had ik er weinig foto’s ingestopt. Ik had er te weinig tijd voor gehad, maar het beeld op de muur met het vele licht was zeer matig, dus het was toch niet over gekomen. Belangrijkste boodschap van vanmorgen: zachte heelmeesters maken stinkende wonden. Schoonmaken, schoonmaken, schoonmaken.
Er kwamen zelfs wat vragen uit de zaal, hoewel een oudere AMO vooraan op z’n gemakje zat te knikkebollen. In m’n ooghoek zag ik plots Hjalmar staan, met z’n actioncam. Leuk!

Aan het einde van de voordracht werd ik bedankt. Even was het stil. Toen nam medical officer Charles, een van de oud-gedienden, het woord voor een speciaal bedankje. kupasha, kupasha, kupasha. Alle aanwezigen wreven in hun handen en klapten toen 3x. Hjalmar en ik keken elkaar aan. Wat bijzonder. Jammer dat de camera inmiddels uit stond. Maar dit hadden we allebei niet verwacht.

Op de OK lag intussen mijn eerste patiëntje klaar. Een jongen van 15 met het postuur van Tom en een liesbreuk. Een mooie ingreep om mee te beginnen. Nog een wond, en daarna de “black-box” van Evelyn. Pim, de co-assistent en zaalarts bij deze mevrouw, stond er met z’n neus bovenop terwijl Matthea de buik opende. Een bijna voetbalgrote tumor keek vanuit de onderbuik de wond in.  “Tanzaniaanse 3D-CT”, zei Erik, die nieuwsgierig even kwam binnen lopen. In Nederland zo’n buik door scans en echo’s binnenste buiten zijn gekeerd. Hier maak je de buik gewoon open en kijk je wat het is omdat de rest niet voor handen is.

De tumor liet zich gemakkelijk losmaken maar zat op twee punten vast. Aan de linker eierstok, waar hij waarschijnlijk van uit ging, en aan het vetschort van de buik. Hij was een aantal malen om z’n as gedraaid waardoor de aderen van het vetschort waren opgestold. Ik had nog nooit zoiets gezien. Matthea haalde te tumor er uit. Ondertussen was Erik een ingreep verder. Hij stond z’n handen te wassen en daarna te drogen onder een warme-lucht handdroger. Telkens als dat ding aan sloeg dimde bij ons het licht. We attendeerden Erik op het verschijnsel, die natuurlijk nog een paar keer zijn handen onder het apparaat door haalde om te bewijzen dat het echt zo was.

Tussen de bedrijven door kwam zr Marie-José langs. “ik heb nog een geval, da’s niet echt jullie terrein, maar misschien kunnen jullie meedenken”.  Een nomadenmeisje van 17, met prachtige opgerekte oorlellen, armbanden en kettingen, was gekomen met buikpijn. Dat had ze al eens eerder gehad. Ze was geboren zonder vagina, maar met normale blaas en anus. En baarmoeder. Een gynaecoloog van hier had haar met een soort dildo langzaam een nep-vagina laten ontwikkelen. Inmiddels heeft ze een normale menstruatie-cyclus, alleen kan het er niet uit. De baarmoeder is niet verbonden met de buitenwereld. Door de jaren heen hoopt alles zich op tot het over een grens heen gaat en klachten geeft. Een paar jaar geleden hebben ze hier de baarmoeder schoon en leeg gemaakt. Nu is ze er weer met op nieuw pijn. Geen alledaags probleem weer. Ik stuurde een berichtje naar één van onze gynaecologen in het Slingeland.
Het antwoord kwam met kerende post: weinig kans om een “normale” route te herstellen. Dat is zeer complexe chirurgie. Beste optie is de baarmoeder verwijderen. Ik besprak het met zr Marie José. In haar ogen was dat nog geen optie. Want zonder baarmoeder ben je als vrouw in die stam waardeloos. Nu kan ze ook niet voor nageslacht zorgen, maar zoveel begrip is er niet. Dus nu telt ze nog mee op de huwelijksmarkt. Het zal dus wel weer schoonmaken worden.

De laatste ingreep was een Syme amputatie, bij een patiënt die we in de eerste week hadden gezien met een ernstig ontstoken voet bij suikerziekte. De voet wordt ter hoogte van de enkel wordt weggehaald waardoor de patiënt als het ware op zijn onderbeensbotten gaat lopen. Je hoeft dan geen protheses aan te meten, alleen is het been iets korter omdat de voet er onder uit is. Deze ingreep doen we in Nederland nauwelijks omdat de meeste patiënten met zulke ernstige wonden ook slechte bloedvaten hebben. Hier zijn de mensen echter veel jonger en de voetzorg voor suikerpatiënten veel slechter. De vaten zijn nog goed en dus is deze amputatie een “mooie” tussenoplossing, in plaats van een onderbeensamputatie.

Er zit een lastig stukje aan de ingreep, wanneer het hielbeen los moet worden gemaakt van de huid, net bij de overgang naar de achillespees. Om daar bij te kunnen, moet je vrij stevig trekken, en ondertussen snijden. Maar vandaag had ik Hjalmar. Handig en krachtig manipuleerde hij het hielbeen zodat ik overal goed bij kon. In minder dan geen tijd hadden we de voet er af. Bloedingen stelpen, sluiten en klaar voor vandaag. En het was nog licht! “Hjalmar wordt mijn vaste Syme-assistent!” riep ik opgetogen.

Ook Erik was klaar met zijn kromme beentjes- en klompvoeten programma. We namen de koffers die alle spullen voor het ziekenhuis hadden gebracht mee terug naar het huisje, want we moeten bijna alweer inpakken. Erik liep met Nicole naar de klompvoet-kindjes. Matthea ging via het dorp, haar jurk was klaar. Hjalmar en ik gingen via de IC naar Nelia een biertje drinken. Onderweg werden we afwisselend welkom geheten of  kregen we een goede reis toegewenst omdat we met die koffers liepen te sjouwen.

Nelia was aan het koken en zingen. Ik drukte snel op facetime en hoewel het in Nederland nog maar eind van de middag was, had ik meteen contact. Ed begon te praten maar ik gebaarde dat hij stil moest zijn, en draaide het toestel richting keuken. Een minuut lang kon hij genieten van het gezang ven Nelia. Toen zag ze me staan en hield op. Ed zei haar hallo. “Ah, Kipala”(kale), zei ze meteen. De kinderen kwamen in beeld. “Habari za nyumbani?”(hoe gaat het thuis) vroeg Nelia. “Nzuri”(goed), antwoordden de jongens in koort. Een hoog “Aaah” van Nelia. Nog wat eenvoudige vragen over en weer. Heel leuk om ze zo te zien.

We hielden het kort. Matthea was terug uit de stad, en Nicole en Erik waren bij Kitana, anaesthesie-medewereker, naar zijn nieuw gebouwde huis kijken. We mochten vast beginnen. Nelia had Ugali gemaakt met spinazie, rundvlees, een soort rösti-omelet en saus van linzen. Heerlijk Tanzaniaans eten. Erik was er niet, dus Matthea daagde Hjalmar uit om voor te gaan in gebed. Die is de beroerdste niet, en alsof hij zijn hele leven niets anders had gedaan dankte hij hardop voor o.a. de vrouwen en het lekkere eten In die volgorde. Tast toe.

“die Ugali smaakt naar niks” zei Hjalmar. Je moet het dan ook samen eten. Intussen waren ook Erik en Nicole gearriveerd. “Je moet Ugali met je handen eten”, zei Erik, en voegde de daad bij het woord. Natuurlijk volgde Hjalmar meteen. Lekker eten, Karibu Chakula!

Zr Marie-José en Niek en Laura kwamen op de koffie. Er werd gezellig gekeuveld over van alles en nog wat. Maar Matthea was er klaar mee en wilde de hort op. We konden haar natuurlijk niet alleen  laten gaan, dus offerden we ons op en volgend haar naar buiten. Het was zowat uitgestorven buiten het hek.  We wilden niet naar dezelfde kroeg dus liepen we door naar een ander tentje. We ploften rond een tafeltje en wilden bestellen. Cola was op (hamna), zo ook alle andere soda’s. Bier had ze wel. “Koud?” vroegen wij. Nou, ééntje dan. We dachten even dat ze een grapje maakte, maar toen zagen we achter de balie 2 grote koelkasten met in elk 1 flesje. Dat gaat ‘m niet worden.

Dan toch maar naar het vertrouwde tentje aan de overkant. Na 2 drankjes die alle wèl koel waren, was het mooi geweest en slenterden we naar huis voor een opfrisje in de badkamer en een heerlijk bed. Usiku Mwema. 

5 Reacties

  1. Trees Snijder:
    19 maart 2015
    Zo dat was weer even genieten van je verhalen, alsof ik erbij was. Helaas zit ik gewoon thuis op de bank. Nog succes met de laatste operaties en goede reis terug xx
  2. Sabine Dearden:
    19 maart 2015
    Ik heb genoten van je blog!! Goede laatste dagen en goede reis terug, hartelijke groeten aan allen Sabine.
  3. Anja vd Boom:
    19 maart 2015
    Hoi Susan, het zijn weer prachtige, herkenbare verhalen. Succes voor de laatste dagen en goede huisreis.
  4. Edwin:
    19 maart 2015
    Nelia!, hoewel ik ze gister zag en hoorde,pink ik nu de traan!
  5. Mama:
    19 maart 2015
    Tja het zit er bijna op, afscheid nemen valt jou moeilijk, maar thuis wordt naar je komst uitgekeken. Ook weer goed toch? Je verhalen zal ik missen, maar ik kan ze op mijn gemak nog een keer nalezen, Groeten aan iedereen daar, ze kennen mij wel niet, en een heel goede thuisreis, Tot horens in Nederland.